New Edge, Cybergnosis en Infotheďsme

Het is sinds de onthullingen van Steve Jobs over LSD als inspiratiebron geen geheim meer, dat de ICT-ontwikkelingen, zeker in Californič, deels geďnspireerd zijn door psychedelische ervaringen. De innovatieve geesten hadden daar, in en na de wilde jaren zestig, geleerd buiten de box te denken. Science Fiction schrijvers,  de computer nerds, de new age entrepreneurs, het liep allemaal een beetje door elkaar, maar leverde wel wat op, qua boeken, technologie en designer drugs.

Nu wil men het samenvloeien van new age en ICT eind jaren tachtig in de New Edge beweging aanduiden als Cybergnosis, en er een spiritueel tintje aan geven.   Nu was ik daar zelf bij, ik organiseerde de eerste (en enige) New Edge conferentie in Amsterdam in 1993 en was vanaf 1989 betrokken bij Mondo 2000 en ik zie wel een  brede zoektocht naar het andere, maar dat ging meer om nieuwe, vreemde, gekke, alternatieve dingen dan om een zelfbespiegelende zoektocht naar God in of buiten jezelf.

Wie zelf aanwezig is bij een gebeurtenis of evenement, is vaak verbaasd later te lezen of te zien, hoe de media dat verslaan, heel vaak totaal verschillend van wat men ter plekke zelf beleefde. Ook de geschiedschrijvers interpreteren vaak wat gebeurde op een heel eigen wijze en we weten allemaal dat de winnaars van conflicten de zaak behoorlijk naar hun hand zetten.

Toen ik onlangs wat publikaties tegenkwam over de New Edge beweging was ik toch wel verrast. Hoogleraren als Pels, Houtman en Hanegraaf hebben het etiket Cybergnosis geplakt op wat in wezen de laateeuwse samensmelting van nieuwe technologieen was, maar waar zij dan een lekker klinkende kreet overheen gooien. Die aanduiding dekt echter niet wat er volgens degenen die er deel van uitmaakten, werkelijk aan de hand was. Er worden dissertaties geproduceerd en geaccepteerd, die braaf de professorale lijn volgen en uit wat gesprekken en artikelen wat stellingen halen, maar verder niet meer dan knullige schoolreisverslagen zijn. Laat ik daarom, ten behoeve van de historie, mijn visie geven op wat er zo’n twintig jaar geleden gebeurde en hoe dat past in het filosofische denken van toen en nu.. 

New Edge

Met de aanduiding New Edge wordt een beweging aangeduid, die rond het Amerikaanse blad Mondo 2000, maar in ons land ook met de bladen Wave en Ego2000 in de jaren 1989 tot 1995 probeerde om alle nieuwe ontwikkelingen in de techniek, de psychedelica, bewustzijnsonderzoek, smart drugs, ICT, hacking en gadgets op een eclectische manier (vrij warrig dus) te combineren en te verbinden. Dat ging via bladen, bijeenkomsten, feesten, acid-tests, hacker-meets, be-in's en experimenten met nieuwe media en primitieve email (het internet werd pas na 1994 effectief www en populair). Na 1995 verzandde de beweging, voortrekkers als Leary en McKenna overleden, het blad Mondo zakte weg en Wired vulde het publicitaire gat in. Wired, volgens Barlow werd het blad in mijn achtertuin in Hilversum geboren, bleef sterk in de gadgets en de verbazing hangen, de diepgang van de beweging ging verloren. Het woord New Edge ontstond, ergens in conversaties tussen R.U. Sirius en John Perry Barlow  (later van de EFF), en bedoelde aan te geven dat er een brug was tussen New Age en de nieuwe technologie, ICT, brainscience, Virtual Reality en de designer drugs. Er was in die tijd een soort opwinding ontstaan over wat de nieuwe media, de nieuwe technieken als VR en het denken over Cyberspace konden brengen. Dat was geen spirituele opwinding en zeker geen gnostische insteek, het ging meer om toegepaste psychologie, om electronische drugs en mind-change. Timothy Leary, LSD-profeet uit de zestiger jaren, zag in de computer en de nieuwe communicatie een kans, om een nieuwe vrijheid, een nieuwe fase in bewustzijn te bereiken. Hij was een van de pioniers van de Mindware, psychologische software die weer voortbouwde op Weizenbaum’s Eliza en later door Bruce Ehrlich werd gecatalogiseerd (Island Group) maar als commercieel product eigenlijk verloren is gegaan, Wild Divine was de laatste (game)-opflakkering.

Nu zijn er zeker verbanden tussen de mensen die in de Zestiger Jaren probeerden de knellende banden van de naoorlogse tijd te ontsnappen en de New Edge beweging. Die link ligt vooral in de waardering voor alternatieve techniek (Steward Brand),  psychedelica (LSD, paddestoelen en later Ectasy en Shulgin’s designer drugs). Mensen als Ted Nelson, Jaron Lanier, Wau Holland, John Perry Barlow, R.U. Sirius, Bill Gibson, Mark Frauenfelder, Mark Pesce maar zeker ook cyber-psychonaut Timothy Leary hebben die notie ontwikkeld en mogelijk gemaakt. Zonder de visie van Nelson over hypertext en de koppeling van alles aan alles die gestalte kreeg in het worldwide web en html, zonder de inspiratie van het werk van mensen van Xerox Parc, de ontwikkelaars van mens-machine en machine-machine interfaces en hun geloof in een toekomst waarin de technologie niet alleen vooruitgang, maar ook vrijheid, gelijkheid en broederschap zou brengen, zouden we nu nog genoeg hebben aan de paar IBM-supercomputers waar de oprichter van dat bedrijf aan dacht.

New Edge was een beweging met een vrij korte levensduur, tegen 1995 was het allemaal over, al bleven mensen als R.U. Sirius hun best doen met boeken en publikaties nog wat te verdienen. Eigenlijk is alleen Mark Frauenfelder's BoingBoing nog overeind. Het woord New Edge of Cybergnosis plakken op events als Burning Man (eerder voortgekomen uit de FireTribe en gay SF, maar ook stevig psychedisch opgepoetst) is dus onzinnig.

Informatie als oerprincipe

Dat neemt niet weg, dat spiritualiteit en informatica op een heel andere manier met elkaar samenhangen, maar dat is geen New Edge inzicht. Mijn vraag, of laten we het intuďtie noemen, is dat de informatie-dimensie een fundamentele dimensie is, een veld, kracht of bewegingsprincipe, dat alles doordringt. De gedachte dat informatie eerder een veld dan een signaal is, heeft wel duidelijk aanhangers. Langzaam groeit het inzicht, dat informatie misschien iets meer is dan wat Claude Shannon zag als een rechtlijnig, unidirectioneel proces van gegevensoverdracht. Gregory Bateson sprak al over “information” as a “difference that makes a difference”, ikzelf spreek graag over “a bit is only information if it bytes”. Als we kijken naar de fysische inzichten over informatie en entropie, daarbij de quantum-theoretische noodzakelijkheid van een waarnemer en dus bewustzijn betrekken, dan ontvouwt zich een informatie-dimensie, die veel dieper ingrijpt in de realiteit dan de empiristen als Hume konden bevatten. Informatie als oerdimensie, als verbindend element, en dan is de stap naar chi, Tao, liefde, ether of Goddelijke vonk niet meer zo bevreemdend. Informatie als een veld, dat zender en ontvanger verbindt, maar tegelijk in verbinding staat met alles, zich niets hoeft aan te trekken van het tijd-ruimte continuüm en waar de mens, of in ieder geval sommige mensen speciale zintuigen voor hebben, dat gooit het hele denken om. De ziel, dat ongrijpbare basisidee, zou wel eens heel veel met de informatiedimensie en bewustzijn van doen kunnen hebben.

Er waren ook techneuten, zoals VRML-pionier Mark Pesce, die wel zochten naar een spirituele dimensie in cyberspace, maar eerder in een paganistische dan in een gnostische opvatting. Ze deden cyberrituelen en zagen een spirituele kracht in netwerken en verbinding. In die zin zou je de sociale netwerken van nu ook een extra dimensie kunnen noemen.

Je zou kunnen stellen dat er ondershuids een soort nieuwe religie is gegroeid, één die eerder uitgaat van de wetten van Asimov over robotica dan van de tien geboden van Mozes, en waarin informatie niet alleen vrij wil zijn, maar een fundamentele kracht is, een dimensie buiten de tijd-ruimte. De moderne fysica erkent dat bewustzijn een rol speelt, en als je daar informatie voor leest als onderliggende kracht of noodzaak, klinkt het woord Infotheďsme plotseling niet zo raar meer. En als informatie/bewustzijn in alles is, een voorwaarde voor manifestatie in onze "Ding an mich" realiteit, dan kun je zelfs van Pan-infotheďsme spreken.

Infotheďsme is dus de aanduiding voor een geloof in informatie als “goddelijke” kracht, die alles en overal werkt en niet gebonden is aan de tijd-ruimte beperkingen. Als we verder aannemen dat de 11 dimensies van de moderne wiskundigen/fysici ook twee tijdsdimensies (een linaire en een magische/vrije wil) bevatten, komt er een ander realiteitsbeeld naar voren, Kant's "Ding an Sich" tekent zich af, Plato's ideale wereld zou ergens in die 7 nog onbekende maar wel voelbare dimensies kunnen zijn. Het is weer een hele stap om intuďtieve zaken als balans, schoonheid of intentie als dimensies te zien, maar zie die als deel van de 11 dimensies. Dan is het ontastbare-onzichtbare (want die 7 dimensies kan de fysica ook niet meten) weer mooi gekoppeld aan het tastbare.

De idealisten vanaf Plato krijgen op een vreemde manier gelijk, maar de materialisten en rationalisten zullen dat idee  van meer dimensies ook gewoon proberen in te passen in hun filosofie door bijvoorbeeld causaliteit te koppelen aan dat allesomvattende informatieveld.

In ieder geval schuift informatie een paar treetjes omhoog en zullen de ziel-ontkennende materialisten en psychophysicalisten, die onze hersenen als een computer van vlees zien hun hoop op een kunstmatig bewuste en intelligente digitale computer wat moeten bijstellen.

Vrijheid van informatie en de openbaringen

Als infotheďsme een nieuwe religie is, dan horen daar ook heilige boeken bij. Misschien lijkt het, dat de openbaringen zoals die in de Bijbel of de Koran zijn neergelegd als Goddelijk geďnspireerde meta-waarheid anno 2012 niet meer serieus genomen worden, maar wie zich enigermate verdiept in de ontwikkeling van cultuur ziet steeds weer nieuwe “openbaringen” die soms lijken op eerdere “heilige boeken” zoals de “Course in Miracles”, soms profetische trekjes hebben en vaak ook heel nieuwe wegen aangeven. Het zou vreemd zijn, als in de informatica ook geen sprake zou zijn van “openbaringen”.  De wetten van de Robotica van Asimov hebben al bijna mythische status gekregen, de verbeeldingskracht van Science Fiction schrijvers als Bill Gibson heeft de hele technische ontwikkeling duidelijk gestuurd, en het is meer dan waarschijnlijk dat het “ evangelie van de virtualiteit” al ergens op de plank ligt, al dan niet toegeschreven aan goddelijke dan wel psychedelische inspiratie.

Een van de documenten, die al gezien kunnen worden als een soort credo van cyberspace is de Cyberspace Independence Declaration uit 1996 van John Perry Barlow en ook de Silicon Brotherhood creed van mijzelf en Allan Lundell uit 1990 maakt van cyberspace al een soort hemelse vrijhaven.

Cyberhel

Bij een cyberhemel, zoals Barlow die zag, hoort ook een hel. En inderdaad, Cyber-rampen en Cyberfouten zijn er ondertussen genoeg, misschien zelfs Cyberzonden. Er zijn een aantal soorten cyber-ellende, want er is meer dan de bekende cybercrime en malware. Het kan op allerlei manieren fout gaan, en daarbij is niet altijd een verantwoordelijke of schuldige aan te wijzen. Er kan altijd wat misgaan, door een menselijke fout, een defect onderdeel en dat kan heel beperkt zijn, en worden gerepareerd via een backup of het vervangen van een onderdeel, maar het kan ook goed uit de hand lopen als belangrijke netwerkdelen falen of er bijvoorbeeld door extreme zonneactiviteit opslag, transmissie of content-integriteit misgaan. Daar is door redundantie (verdubbeling), backup en andere maatregelen  wel wat aan te doen, maar een totale ramp is niet uit te sluiten, kan enorme gevolgen hebben voor bijvoorbeeld het betalingsverkeer en is moeilijk te verzekeren, omdat de risico’s niet goed zijn in te schatten. In die zin lijken ze op de Wrake Gods, omdat wij als simpele Cyberzielen geen antwoord hebben op Cyberwar , kwesties als Netneutrality en Cybertol, Cybermachtsongelijkheid en cybermonopolies.

 

juni 2012 Luc Sala