Individu en computer

Hebben we recht op anonimiteit?

De laatste jaren zijn er geregeld politieke initiatieven om gegevens over de individuele burger en zijn gedrag te gaan gebruiken om vaak dringende praktische problemen op te lossen. In hoeverre tast dat nu onze vrijheid aan en op welk gevaarlijk pad begeven we ons, overigens met de beste bedoelingen zoals terugdringen van de criminaliteit of de vervuiling door autogebruik. Naar mijn mening omarmen we te gemakkelijk de zogenaamde voordelen van de automatisering en de computer, maar gooien daarmee wel de fundamenten van onze vrijheid te grabbel. We verzamelen steeds meer gegevens, slaan die op in databanken en doen alsof die daar geen kwaad doen. Wanneer we zo doorgaan is het binnenkort mogelijk, het doen en laten van iedere burger op ieder moment te volgen, en daar angstige en demotiverende conclusies uit te trekken.

Laat ik een extreem voorbeeld geven. Een begaafde computer-hacker zou, met flink wat vrije tijd, alle gegevens over het gedrag van zeg minister-president Lubbers op kunnen vragen. Om een voorbeeld te noemen, zijn reizen, aftrekposten, auto-ongelukken, de boeken die hij geleend heeft, de telefoonrekeningen, zijn examencijfers, alles wat in de loop der jaren in een of ander systeem is beland. Door die te combineren en te vergelijken met gegevens van anderen, zoals bijvoorbeeld de sterfte-statistieken, zoals die door verzekeringsmaatschappijen worden bijgehouden, zou een `theoretische' voorspelling over zijn levensduur, de kans op hartinfarcten, auto-ongelukken, scheiding etc. kunnen worden bepaald. Geen leuk voorpagina-nieuws in de verkiezingstijd, maar het gevaarlijke aspect is, dat zoiets voor ieder van ons gedaan kan worden. En ten dele al gedaan wordt, zoals bij de bonus/malus regelingen bij verzekeringen en hoe vaak denkt u, dat u al met allerlei kwalificaties in direct-mail bestanden staat? Wanneer alle informatie, die er nu al in de diverse systemen zit, echt effectief (!) gekoppeld wordt, zijn we al aardig gereduceerd tot nummers, verdeeld in have's en have-nots.

Anonimiteit is een belangrijke voorwaarde voor geestelijke groei, willen we echte keuzes kunnen maken. Wanneer iedereen weet hoeveel we aan dit of dat doel geven, hoe we ons gedragen, hoe we stemmen, waar blijft dan de vrije keus en de morele kracht die we daaraan ontlenen. Zoals de bijbel zegt, laat de linkerhand niet weten wat de rechter doet. We leven al in een maatschappij, waar de anonieme gift al een fiscaal monster is geworden. Een ander aspekt is, dat de zwakken van de samenleving door dit soort dingen gestigmatiseerd worden, iets wat we bij strafregisters al kennen. Maar in de toekomst zullen ook degenen, die vaker ziek zijn, minder reizen, of op welke manier dan ook afwijken, op soortgelijke manier bloot staan aan ambtelijke willekeur en discriminatie. Dat wil zeggen, wanneer we de man aan de andere kant van het loket of het bonnenboekje de macht geven, in een paar toetsaanslagen iemands complete doopceel te lichten. Geen jodenster op de jas, maar de verplichting ons electronisch te laten doorlichten op eerste verzoek van een willekeurige ambtenaar!

Als hoofdredacteur van een aantal computerbladen heb ik te maken met computermisdaad, virussen en hackers en zie ik ook, hoe kwetsbaar al die systemen zijn. Misschien gelukkig, daardoor schrikt men nog terug voor vergaande koppeling van al die systemen. Ik zie met enige angst steeds meer stappen naar de totalitaire informatie-dictatuur, of het nu rekening rijden of koppeling van fiscale informatie betreft.

Laten we vooral beseffen, dat de toepassingen van de computer nog pas in de kinderschoenen staan. Er kan veel meer dan schuiven met gegevens, de ware gedaante van de informatica-samenleving zou wel eens heel wat anders kunnen zijn dan we nu denken. Er wordt al gesproken over psycho-actieve computers en LSD-achtige effecten, over hypnotische bijverschijnselen van werken met computers. Dat is niet alleen beangstigend, maar ook veelbelovend, mits we daarbij zaken als individuele vrijheid, recht op eigen informatie en eigen en niet-gecontroleerde levenskeuzes niet op voorhand onderspitten. Voorzichtig dus met het opzetten van bestanden, en nog veel voorzichtiger met het koppelen daarvan. Zolang we nog praten over kunstmatige intelligentie en niet over kunstmatige wijsheid, kunnen we de belangrijke beslissingen beter nog even in eigen hand houden.


L. Sala