Andere houding: Middle of the Road Computing
Automatisering is aan de ene kant een kwestie van doorbraken, nieuwe systemen, conceptuele revoluties, al die dingen waarover bladen als UNIX Info berichten. Er is echter ook een andere kant, die van geleidelijke groei, van stapje voor stapje meegaan zonder opzienbarende berichten.Toch heeft dat ook zijn charme, vooral ook omdat er veel meer gebruikers (en lezers) zijn die eerder volgen dan leiden (en bij veel nieuwe dingen dus ook lijden) en pas na maanden of jaren al dat fraaie nieuwe spul ook echt voor de buis krijgen. De mensen die nu pas Windows gaan gebruiken, de gebruikers die in plaats van een terminal nu een veelzijdige PC voor hun neus krijgen, degenen die pas nu toegang krijgen tot de rekenkracht van bijvoorbeeld moderne workstations. Technisch gezien misschien de volgers, voor de organisatie waar ze werken vormen zij de ruggegraat, de mensen die zich niet in eerste instantie bezighouden met informatisering of met de verfraaiing van andermans output, maar zij die het effectieve werk doen. Het completeren van polissen, opstellen van stukslijsten, facturen, schaderapporten, de inkopers, verkopers, het middenkader en de managers (voor zover die hun 486 niet voornamelijk als statussymbool zien).
Wat gebeurt er bij die gebruikers, zijn die vreselijk gefrustreerd omdat ze op `oude' spullen moeten werken? Dat valt eigenlijk wel mee, op dat niveau is men vaak heel tevreden, omdat men geen last heeft van kinderziektes en niet tegen de technische grenzen aanloopt. Wanneer je praat met mensen van bijvoorbeeld Shell, dan hoor je dat men daar eigenlijk erg tevreden is met bijvoorbeeld Windows. De problemen die power-users tegenkomen wanneer de hi-end applicaties onder Windows ergens hoog in het geheugen ruzie krijgen, die kent men daar niet. Men werkt met een tamelijk simpele set applicaties (zoals MS Office-Pack) op niet eens zo erg snelle machines met zo'n 4 tot 6 MB en dan draait dat allemaal als een zonnetje. Technisch gezien eenvoudig, gaat er wat kapot dan is het zo vervangen of opnieuw geïnstalleerd, alles is standaard en in Timboektoe of Hong Kong gebruiken ze dezelfde software. Er zijn tamelijk simpele links naar de mainframe-omgeving, desnoods blijft de terminal gewoon naast de PC staan. Belangrijk is dat men zich veel meer bezighoudt met organisatorische aanpassingen, met bijvoorbeeld het uniformeren van de informatiestroom en de manier van filing dan met de vraag hoeveel sneller het systeem zou zijn met wat meer geheugen. Dat is maar goed ook, het werk en de output staan voorop.
Je ziet dat men eigenlijk vrij snel de dictatuur van de MIS-afdelingen is ontgroeid, of dat de MIS-managers zich hebben aangepast aan wat er echt nodig is. Bedrijven als bijvoorbeeld Heineken zijn rustig maar wel consistent aan het downsizen, zijn overgestapt van custom- op standaard-software, gaan met bijvoorbeeld de RS-6000 wel mee met de techniek maar met een soort `gezond verstand'-houding die bemoedigend is.
Veel grote bedrijven zijn ook hard bezig de ingehuurde software-expertise de deur uit te werken, niet zoals de PTT dat ooit wilde met grote cursusprogramma's, maar door gewoon te kijken naar de echte behoeftes. De uurtarieven voor software zakken snel door de honderd-guldengrens en dat is misschien jammer voor de BSO- en Volmac-aandeelhouders, maar die tijden zijn voorbij. Informatica is, zeker in het commerciële bedrijfsleven, een gewone zaak geworden die ten dienste staat van de basisactiviteit en er niet meer boven zweeft als een soort geheime en elitaire discipline.
Het is misschien niet leuk voor mij als uitgever van computerbladen, maar de informatiebehoefte per gebruiker is duidelijk afgenomen. Met tussen de 2 en 3 miljoen gebruikers in ons land zijn er nog steeds niet meer dan 40-50.000 zogenaamde vakmensen die bladen als Computable en AG lezen en niet meer dan zo'n 100-150.000 lezers van PC-bladen. Natuurlijk, dat zijn de opinieleiders en de decision-makers, maar zouden we ook niet kunnen concluderen dat de PC het als onmisbaar onderdeel van bijvoorbeeld vrouwenbladen gewoon niet gehaald heeft. En allerlei pogingen om ons nog meer op te dringen zoals Photo-CD en CD-I jammerlijk falen? En misschien ook maar gelukkig, computers zijn er voor ons, en wij niet voor de computer. De Middle-of-the Road gebruiker weet dat waarschijnlijk beter dan zijn of haar systeembeheerder.
Luc Sala